Sporten als medicijn

Ik heb de afgelopen week wat last van dubbele gevoelens. Begin november kregen we vanuit het KNKV hoopvolle berichten over een eventuele start van de zaalcompetitie in december. Een paar weken later werd duidelijk dat de competitie op zijn vroegst pas in het weekend van 9 januari kan starten, waarbij de Korfbal League eventueel eerder zou kunnen beginnen. Afgelopen week kregen we bericht dat ook dit helaas niet haalbaar is en dat een volledige Korfbal League competitie niet meer haalbaar is. 

Uiteraard is het belangrijk dat we ons zoveel mogelijk aan de richtlijnen houden om het aantal besmettingen omlaag te krijgen. Tegelijkertijd willen we ook graag weten waar we aan toe zijn en wat ervoor nodig is om weer op een normale manier te kunnen trainen en ons weer te kunnen verheugen op het spelen van wedstrijden, al is het maar zonder publiek, met gesloten kleedkamers en een gesloten kantine.

Ons G-team in betere tijden

Ondertussen trainen de korfbal internationals op volle kracht op Papendal en worden daar ook onderlinge duels gespeeld. Aan de ene kant is dat natuurlijk leuk om te zien, zeker als het ook nog live te volgen is. Uiteraard gunnen we onze eigen Jan Niebeek een goede start in zijn nieuwe rol als bondscoach. Tegelijkertijd is het ook lastig omdat we zelf ook zo graag weer willen spelen en onze selectie nu door de maandenlange beperkingen ook nog een sportieve achterstand oploopt ten opzichte van de internationals. 

Het NOC*NSF publiceerde deze week een interessant artikel waarin stond dat uit onderzoek is gebleken dat een derde van de bevolking minder is gaan sporten en bijna tien procent er helemaal mee is gestopt.

Algemeen directeur Gerard Dielessen schreef er een treffende blog over:

“Sporten op je eigen club kan natuurlijk uitstekend. De unieke Nederlandse verenigingsinfrastructuur is uitermate goed in staat om met de meer dan een miljoen vrijwilligers en ondersteund door sportbonden en NOC*NSF, het ‘verkeer’ op hun sportclub op een hele veilige manier in goede banen te leiden op basis van klaarliggende protocollen. Laten we de onnodige drempels die er nu liggen daarom samen snel wegnemen.

Niet meer met maximaal vier sporters bijvoorbeeld, dat werkt gewoon niet. Mensen haken af en de sportinfrastructuur dreigt blijvend verzwakt te worden. Gewoon wat grotere groepen, gewoon trainen en onderlinge partijtjes. Van virusoverdracht is immers geen sprake als mensen aan het sporten zijn, zo is al voor de zomer gebleken. En natuurlijk blijven de kleedkamers, de kantines en de clubhuizen dicht. En voorlopig ook geen competities. Geen onnodige reisbewegingen en vermenging van verschillende sociale groepen. Dat komt later wel weer als de situatie wat veiliger is. En als er weer op een normale manier getraind kan worden, dan is het verstandig om de topcompetities zo snel als kan weer te hervatten. Zodat het publiek, thuis voor de buis, of via livestreams ‘passief’ kan genieten van hun favorieten. Verstrooiing levert immers een goede bijdrage aan het tegengaan van verveling, stress en gebrek aan inspiratie, zeker in deze donkere periode van het jaar.”

Ik sluit ik mij van harte aan bij deze oproep. Sporten leidt tot een gezonde geest in een gezond lichaam en is daarmee een uitstekend middel om je weerstand te verhogen tegen infectieziekten!

Ik hoop dat we snel weer mogen sporten als vanouds!

Tonny Verwoert
Voorzitter AKC Blauw-Wit