‘Ome’ Wim de Jong en de bouw van het clubhuis

Eindelijk was het zover! Onze buren, de voetbalclub VVA verhuisden in 1959 naar een nieuwe accommodatie aan de Jan van Galenstraat vlak bij ringdijk, waar nu de metro over rijdt. En Blauw-Wit met voorzitter Cor van Dijk Sr. was er in geslaagd het hele complex voor zich te claimen. We kregen de beschikking over 3 maximale velden (eigenlijk nog iets groter, want het waren voetbalvelden 50×100 m) en echte kleedkamers (4) met douches plus materiaalruimte, ballenhok en fietsenstalling. Op de plek van die gebouwen staan nu ook woonhuizen, evenals op een groot gedeelte van het voormalige B-veld. We hadden ook een terreinknecht, want de velden werden ook gebruikt voor schoolsport. Er was zelfs een trainingsverlichting.

De voormalige kleedkamers werden verbouwd tot clubhuis uiteraard door eigen vrijwilligers en de verkoop door het luik maakte plaats voor een eigen kantine, waarin het gezellig werd. ´Moe van Leek`, tevens EHBO-dame, zwaaide de scepter in de keuken. Bier werd niet verkocht, want uiteindelijk was Blauw-Wit opgericht als geheelonthoudersvereniging (GOKC Blauw-Wit). Een bouwteam timmerde zelfs langs het A-veld een tribune. Zaalkorfbal stond toen nog in kinderschoenen.

Dit clubhuis werd ook snel te klein, want enkele jaren later telde Blauw-Wit meer dan 30 teams, inclusief de toen pas bestaande pupillen teams, die in 2 vakken speelden. Blauw-Wit was toen veruit de grootste korfbalvereniging van Nederland met ruim 600 leden.

De kleedkamers waren ook volledig versleten, onverwarmd met vaak haperende douches, die ook nog alleen werkten met muntinworp. In 1959 werd het beschouwd als een luxe, maar 6 jaar later werd dat geheel anders ervaren.

De toenmalige voorzitter, Cor van Dijk, overtuigde bestuursleden en daarna de overige leden om over te gaan tot clubhuisbouw. De architect van Klingeren, dezelfde die het LUTO-clubhuis had ontworpen, kreeg opdracht voor een ontwerp. Al spoedig bleek, dat het prijskaartje van het te bouwen clubhuis, ondanks alle inspanningen van Ome Wim (zie hieronder) niet haalbaar zou zijn. De alternatieven waren kleiner bouwen, minder pretentieus ontwerp of zonder aannemer dus alle zelf doen. Na wat peilingen onder het ledenbestand, bleek het laatste haalbaar, maar het bleef een gok. Ook hier waren nog wat haken en ogen met de vereiste vergunningen. Blauw-Wit werd een Koninklijk Goedgekeurde vereniging en verkreeg van de Gemeente Amsterdam het recht van opstal. Het NOC verleende een klein subsidiebedrag, maar de rest moest met werkzaamheden en geldinzamelacties worden bijeen geschraapt.

De bouwcommissie van 1963 – v.l.n.r.: P. van Vliet, P. Muller, J. Muller, C. Chrispijn, J. Woudstra, W. de Jong en W. Bosch.

Daarna kon er worden gebouwd. Het heiwerk werd natuurlijk uitbesteed, want dat kan je niet zelf. Verder konden we bijna alles zelf. Cor van Aalstede tekende in zijn eentje voor de gehele staalconstructie en wie het gebouw een beetje kent, kan zien hoeveel werk daarin zit; alleen die dakconstructie al met al die parapluies. Ook de gebroeders Jan en Joop Woudstra besteedden veel dagen aan de bouw. Daarbij heb ik velen niet genoemd, maar een groot gedeelte van het ledenbestand hielp mee en dan is het moeilijk om daar specifieke namen te noemen. Het was in elk geval een bijzonder mooi clubhuis geworden, dat ruimte bood aan de gehele vereniging. Redactie van de Blauwwitter, voortaan in het clubhuis, bestuursvergaderingen, voortaan in het clubhuis. Blauw-Wit had voor het eerst een eigen thuis. Ook was er een complete keuken ingebouwd en de bar had een centrale positie in de clubruimte. Het kon niet mooier en wat waren we trots op ons thuis.

Het C-veld bleef intussen een modderpoel, omdat de hele vereniging daarop trainde, en de gemeente besloot om het gras van het veld te vervangen door gravel. Hier lag een nieuwe kans en wat later kon in zomermaanden, wanneer niet werd gekorfbald, tennis worden gespeeld.

Overgenomen uit het document ‘Blauw-Wit geschiedenis 1958 – 1985‘ door Tom Kassenaar

De bouw van het clubhuis

In het 75-jarig bestaan van Blauw-Wit was de gezelligste tijd de bouw van het clubhuis. Daar wil ik best even bij stil staan. Blauw-Wit leden zorgden ervoor, met hun enthousiaste inzet, dat er met de bouw kon worden begonnen. Ze verzamelden oude kranten, ze kochten aandelen en er waren giften. C. van Dijk, N. de Boer, J. Woudstra en ik overlegden met van Klingeren, de architect. Dat verliep niet zo best, want als het aan hem had gelegen was Blauw-Wit een hoop geld kwijt geweest en dat had Blauw-Wit niet.

Cor van Aalstede in actie

Op mijn fabriek mocht ik de staalbouw maken. Dat verliep nogal vlot tot opeens met het werk gestopt moest worden door een foutje van ons. Blauw-Wit in rep en roer. C. van Dijk probeerde mij een paar weken vrij te krijgen, maar dat mislukte. Wat nu?! De beuk er maar in en ik nam mijn ontslag. Dat werkte, want nu mocht de bouw weer doorgaan.

Wat me ook bij zal blijven is hoe P. Muller en ik samen materiaal en electroden versierden. Dat was spannend genoeg, zelfs omkoperij kwam eraan te pas en dan snel wegwezen. Verder petje af voor T. Buwalda, die zo van zijn werk mij kwam helpen. Maar dat petje neem ik ook af voor al die andere leden die vol overgave meewerkten en voor C. Muller die altijd zorgde voor de koffie voor de stoere werkers van weleer.

Cor van Aalstede – Uit het jubileumboek ‘AKC Blauw-Wit 75 jaar’

‘Ome’ Wim de Jong

Blauw-Wit is op sportief gebied de laatste jaren niet als toonaangevend te beschouwen maar door de niet toevallige omstandigheid dat de club altijd een verbinding heeft kunnen slaan tussen visie en continuïteit van het kader beschikt Blauw-Wit wel over een bijzondere accommodatie. Sportvelden, een mooi clubhuis en een sobere maar doelmatige sporthal. Er zijn altijd veel mensen voor de belangen van Blauw-Wit en de accommodatie in de weer geweest.

Eén daarvan is natuurlijk Ome Wim de Jong. De stelling: Zonder Ome Wim geen sporthal lijkt wat overtrokken maar heeft een forse kern van waarheid in zich. Wim de Jong, ooit overigens een zeer verdienstelijk Blauw-Wit. 1 speler, heeft zich vanaf circa 1953 naast zijn belangrijke werk voor de jeugd bezig gehouden met zijn opeenvolgende idealen ten aanzien van de accommodatie van de club. In de jubileumuitgave van het 60-jarig jubileum doet hij zijn verhaal uit de doeken:

‘Het was 1953 en op de vergadering werd besloten tot de instelling van een lustrumcommissie in verband met de viering van het 40-jarig bestaan en ik, zei de gek, werd in de commissie gekozen. ’s Nachts in mijn bed lag ik nog eens over één en ander na te denken, dat is nu eenmaal zo met mij gesteld. ’s Nachts ben ik het helderst van geest en de meest ingewikkelde problemen zie ik dan ineens kraakhelder. Zo ook nu weer: wat lustrumcommissie, niks lustrumcommissie! Ik zag ineens een veel groter doel. Een mooi nieuw clubhuis. Ik de volgende dag meteen naar Cor van Dijk. Cor, zei ik, dit feest – van de lustrumcommissie – gaat niet door, want zo en zo zie ik het.’

Maar al ver voor de realisatie van het huidige clubhuis gingen de gedachten van Wim de Jong nog een stapje verder. Hij opent een girorekening met nummer S 10400 ten name van Sporthal Blauw-Wit. In feite namen niet al te veel Blauw-Witters Wim de Jong serieus met deze doelstelling. Immers, een nieuw clubhuis was al niet zo gemakkelijk te realiseren, laat staan een sporthal. Er werd typisch Amsterdams besmuikt gereageerd.

Nu, jaren later, kunnen we vaststellen dat Wim de Jong een man met visie is geweest. En gelukkig niet alleen dat, hij wist ook op allerlei manieren geld te versieren om die visie in praktijk te brengen. Denk maar eens aan de Oud Papier Actie, de OPA. Mede door zijn grote inzicht, zijn organisatievermogen, zijn vasthoudendheid en geloof in de kracht van zijn club is onze huidige accommodatie tot stand gekomen. Voor Ome Wim als exponent van al de harde werkers, die stayers, chapeau!

Wim van der Laan sr. – Uit het jubileumboek ‘AKC Blauw-Wit 75 jaar’